01 december 2010

Op zoek naar ijs

Waar is het misgegaan? Want ergens klopt er iets natuurlijk heel erg niet: bij een gevoelstemperatuur van -23,4 graden Celsius op zoek gaan naar een stukje ijs om te schaatsen. Die is krankzinnig geworden, hoorde ik de vlieg denken, die de schuur in vluchtte toen ik mijn mountainbike van de haak tilde. Over mijn schaatspak had ik mijn winterwielerbroek aangetrokken en over mijn winterwielerjack mijn ski-jas; over mijn fietshandschoenen droeg ik leren handschoenen en met twee mutsen op mijn hoofd was ik er klaar voor (alleen had ik natuurlijk ook nog extra zomerschoenhoezen onder mijn winterhoezen moeten doen). Maar goed, koud kreeg ik het toch met windkracht zes tegen. Op naar natuurgebied Tichelgaten, tussen Herxen en Windesheim, want daar, zo tipte mede-schaatsgek X., zou wel eens geschaatst kunnen worden. Het Drontermeer, waar maandag - voor de sneeuw - al iemand schaatsend was gesignaleerd, was de moeite niet waard, sms'te hij.
Onderweg kwamen de vragen. Waar komt dat belachelijke verlangen om met dit weer te gaan schaatsen vandaan? Waarom dertig kilometer kou lijden om heel misschien een paar honderd meter op twee ijzers je leven te kunnen wagen op volstrekt onbetrouwbaar ijs? Welke oerdrift doet zich hier gelden, diep verborgen onder en ernstig geperverteerd door onze culturele beschavingslaagjes? Wat is de 'biologische waarde' van dit geploeter over beijsde wegen? (Ik lees momenteel de nieuwe Damasio, vandaar). Ik vermoed dat het met het jachtinstinct te maken heeft. En een terugverlangen naar de echte natuurbeleving, die sinds de opkomst van de landbouw langzaam maar zeker verloren is gegaan. Hoe dan ook, eenmaal aangekomen bij Tichelgaten bleek het water natuurlijk nog maar deels dicht te liggen en begon het met sneeuw bedekte ijs na enkele voorzichtige stappen dermate fragiel te kraken, dat ik snel weer de kant op vluchtte. "Ik hol je d'r niet uut", zei een lokale passant, die me vanuit een auto hoofschuddend gadesloeg. "Veels te kold."
Eenmaal tot bezinning gekomen, fietste ik door de kou terug naar huis. Ik hield me warm met het vooruitzicht lekker op de bank verder te kunnen lezen in Het zelf wordt zich bewust van Antonio Damasio, over de evolutie van het bewustzijn. Misschien dat hij kan verklaren waarom ik dit soort belachelijke tochtjes onderneem.

Geen opmerkingen: