23 september 2007
Lang leve Mopperlog!
Lieve lezertjes! Ben ik mij daar helemaal vergeten de eerste verjaardag van dit blog te vieren. Afgelopen vrijdag was het zover, dit heuglijke feit. En dat op dezelfde dag dat Mopperjob zijn 42ste verjaardag vierde en zijn tiende (!) bezoeker mocht begroeten! Ja ja, ooit zal alles goed toch komen met deze, onze wereld. Nu nog eens een reactie posten op de prachtcolumns op mopperlog en Mopperjob is helemaal tevreden. Al realiseer ik me ook wel dat er weinig toe te voegen valt aan de briljante analyses van de condition humaine alhier, te mopperlog...
22 september 2007
Gouden oude mopper DvhN: Verjaardag
Van vier jaar geleden, maar helaas nog steeds actueel:
Afgelopen zondag was het weer zover, de jaarlijks terugkerende dag der gruwelen. Mijn 38ste verjaardag (Ja, ja: 42 inmiddels). Weer een jaar dichter bij de dood, waarmee ik dan ook van harte werd gefeliciteerd! Waanzin is het. Alsof ik blij ben dat de aftakeling toeslaat en het herstel na een potje voetballen steeds langer duurt. Dat je als kind graag een partijtje geeft, okee. Maar na het bereiken van de stemgerechtigde leeftijd zou een verjaardag een dag van rust, rouw en bezinning moeten zijn.
Ik begrijp ook niks van mensen die elk jaar weer uitgebreide feesten geven. Sinds vele jaren vier ik mijn verjaardag in beperkte kring. Vriendin (indien voorhanden), ouders, broer en zussen plus een enkele oom en tante. Geen vrienden. Die weten niet dat ik jarig ben of volstaan met een kaartje of sms'je. Dat ik het überhaupt nog vier, is alleen omdat mijn moeder het zo leuk vindt om op bezoek te komen.
Maar dan nog. Ook voor tien gasten moet je in de rij staan bij de bakker voor de verplichte taart. Daarna wacht de supermarkt voor toostjes, tapenade, kaas, chips en drank. Vervolgens door naar de visboer om daar weer tien minuten in de rij te staan voor een lading haring. En altijd nog een keer vloekend terug naar de supermarkt omdat je iets vergeten bent.
Vervolgens ben je een dag gasten aan het voederen, draait het espressoapparaat overuren (waarmee ook de dood van die prachtmachine met rasse schreden naderbij komt), vernielen neefjes en nichtjes onderdelen van het interieur en ben je na afloop gebroken.
Verjaardagen. Een grotere kwelling van geest en lichaam is nauwelijks denkbaar. Gelukkig is er nog de troost van marsepeingebak.
Afgelopen zondag was het weer zover, de jaarlijks terugkerende dag der gruwelen. Mijn 38ste verjaardag (Ja, ja: 42 inmiddels). Weer een jaar dichter bij de dood, waarmee ik dan ook van harte werd gefeliciteerd! Waanzin is het. Alsof ik blij ben dat de aftakeling toeslaat en het herstel na een potje voetballen steeds langer duurt. Dat je als kind graag een partijtje geeft, okee. Maar na het bereiken van de stemgerechtigde leeftijd zou een verjaardag een dag van rust, rouw en bezinning moeten zijn.
Ik begrijp ook niks van mensen die elk jaar weer uitgebreide feesten geven. Sinds vele jaren vier ik mijn verjaardag in beperkte kring. Vriendin (indien voorhanden), ouders, broer en zussen plus een enkele oom en tante. Geen vrienden. Die weten niet dat ik jarig ben of volstaan met een kaartje of sms'je. Dat ik het überhaupt nog vier, is alleen omdat mijn moeder het zo leuk vindt om op bezoek te komen.
Maar dan nog. Ook voor tien gasten moet je in de rij staan bij de bakker voor de verplichte taart. Daarna wacht de supermarkt voor toostjes, tapenade, kaas, chips en drank. Vervolgens door naar de visboer om daar weer tien minuten in de rij te staan voor een lading haring. En altijd nog een keer vloekend terug naar de supermarkt omdat je iets vergeten bent.
Vervolgens ben je een dag gasten aan het voederen, draait het espressoapparaat overuren (waarmee ook de dood van die prachtmachine met rasse schreden naderbij komt), vernielen neefjes en nichtjes onderdelen van het interieur en ben je na afloop gebroken.
Verjaardagen. Een grotere kwelling van geest en lichaam is nauwelijks denkbaar. Gelukkig is er nog de troost van marsepeingebak.
12 september 2007
Gouden oude mopper DvhN: Hinderlijke onderbreking
Nou vooruit dan, op veler verzoek (het regent werkelijk reacties alhier te mopperlog) een toegift van vijf jaar geleden (9 sept 2002). Zoveel is er dus niet veranderd, de laatste vijf jaar.
Verbijsterend eigenlijk. Edgar Davids scoort 1-0 voor Nederland en het doet me helemaal niks. Ik zit voor de tv met voetbalvrienden van Gronitas zaterdag 3 en kijk naar Nederland tegen Wit-Rusland. Het enige waar ik me echt druk over kan maken, zijn mijn kansen bij Kolonisten van Catan. Even voor half negen stond ik op het punt een beslissende slag te slaan in dit prachtspel.
Oranje als hinderlijke onderbreking van een spelletje. Ben ík nou zo diep gezonken? Ik betrap me er zelfs op dat ik stiekem hoop dat Nederland verliest. De Oranje- moeheid, wanneer stak het voor het eerst de kop op? Ik weet het niet meer, maar het heeft alles te maken met een almaar toenemende ergernis over de voetballers van Oranje. Ik vind het erg moeilijk om enthousiast te worden voor een team dat geacht wordt ook mij te vertegenwoordigen, en waar mensen als Edgar Davids en Patrick Kluivert in voetballen. Mishandeling, verkrachting, dood door schuld, denk ik dan automatisch, ook al is het niet allemaal bewezen.
En dan die gezichtsuitdrukkingen. De grenzeloze arrogantie die zelfs zo'n Jaap Stam en Edwin van der Sar tegenwoordig uitstralen. Ik word er kotsmisselijk van. Natuurlijk, als ik zo veel geld zou verdienen en de status van halfgod zou hebben, zou ik me ongetwijfeld ook raar gaan gedragen. Maar daar gaat het dus niet om. Oranje is van óns, en daar hebben die voetballers zich maar naar te gedragen. Ruud van Nistelrooij, de broertjes De Boer en Pierre van Hooijdonk, het zijn zo'n beetje de enige spelers die me nog sympathiek zijn. Maar ja, Van Nistelrooij bakt er niks van, Pierre zit op de bank en Ronald de Boer is niet eens geselecteerd.
Oké, als Kluivert over twee jaar het winnende doelpunt scoort in de EK-finale zal ik weer het hardst juichen van iedereen. En natuurlijk zal ik dan bij hoog en bij laag ontkennen dat ik ooit dit stukje geschreven heb.
Verbijsterend eigenlijk. Edgar Davids scoort 1-0 voor Nederland en het doet me helemaal niks. Ik zit voor de tv met voetbalvrienden van Gronitas zaterdag 3 en kijk naar Nederland tegen Wit-Rusland. Het enige waar ik me echt druk over kan maken, zijn mijn kansen bij Kolonisten van Catan. Even voor half negen stond ik op het punt een beslissende slag te slaan in dit prachtspel.
Oranje als hinderlijke onderbreking van een spelletje. Ben ík nou zo diep gezonken? Ik betrap me er zelfs op dat ik stiekem hoop dat Nederland verliest. De Oranje- moeheid, wanneer stak het voor het eerst de kop op? Ik weet het niet meer, maar het heeft alles te maken met een almaar toenemende ergernis over de voetballers van Oranje. Ik vind het erg moeilijk om enthousiast te worden voor een team dat geacht wordt ook mij te vertegenwoordigen, en waar mensen als Edgar Davids en Patrick Kluivert in voetballen. Mishandeling, verkrachting, dood door schuld, denk ik dan automatisch, ook al is het niet allemaal bewezen.
En dan die gezichtsuitdrukkingen. De grenzeloze arrogantie die zelfs zo'n Jaap Stam en Edwin van der Sar tegenwoordig uitstralen. Ik word er kotsmisselijk van. Natuurlijk, als ik zo veel geld zou verdienen en de status van halfgod zou hebben, zou ik me ongetwijfeld ook raar gaan gedragen. Maar daar gaat het dus niet om. Oranje is van óns, en daar hebben die voetballers zich maar naar te gedragen. Ruud van Nistelrooij, de broertjes De Boer en Pierre van Hooijdonk, het zijn zo'n beetje de enige spelers die me nog sympathiek zijn. Maar ja, Van Nistelrooij bakt er niks van, Pierre zit op de bank en Ronald de Boer is niet eens geselecteerd.
Oké, als Kluivert over twee jaar het winnende doelpunt scoort in de EK-finale zal ik weer het hardst juichen van iedereen. En natuurlijk zal ik dan bij hoog en bij laag ontkennen dat ik ooit dit stukje geschreven heb.
Column DvhN: Leuk voetbal
Alweer een verloren avond, was de overheersende gedachte in onze huiskamer na negentig minuten verveling bij Nederland - Bulgarije. Mijn vriendin M. was zaterdagavond weer eens de meest verstandige geweest. Na vijf minuten voetbal had ze het wel gezien en nam ze Harry Potter ter hand. Wat later verdween ze naar de achterkamer om op de sofa in slaap te vallen op het gepruttel van tv-commentator Leo Oldenburger, dat al even saai en nietszeggend was als het gedoe op het veld.
Van ons had M. verder geen last, want wij waren door het geploeter in de Arena al snel zo murw geslagen dat zelfs het doelpunt van Sneijder nauwelijks nog enige opwinding veroorzaakte. "Nou, die zit er in", constateerde mijn zwager B. nog wel. Mijn zus D. was net even naar de keuken gegaan om een espressootje te maken. "Het is 1-0", zeiden we toen ze weer terugkwam. "Ah", zei D., "mooi zo." En we staarden maar weer naar het tv- scherm, waarop de spelers van Oranje opgefokt heen en weer draafden, grossierend in balverlies en tot niets leidende aanvallen. "Hoe is het toch mogelijk dat voetbal zo populair is", vroeg B. zich af.
Maar natuurlijk hadden we het weer eens verkeerd gezien. "Het is positief dat we nu met zijn allen een mooie avond hebben beleefd", verklaarde Ruud van Nistelrooij na afloop. Dat was, als we het ons goed herinnerden, de speler die achttien keer de bal terug of opzij had getikt en één keertje richting doel had geschopt. En de bondscoach, die elke keer weer een nieuwe opstelling poogt te verzinnen en hard op weg is om meer (ex-)Ajacieden op te stellen dan er ooit bij Ajax zelf gespeeld hebben, had ook al genoten van leuk voetbal.
Ach ja. Als je iets maar hard en vaak genoeg roept dan wordt het vanzelf waar.
Van ons had M. verder geen last, want wij waren door het geploeter in de Arena al snel zo murw geslagen dat zelfs het doelpunt van Sneijder nauwelijks nog enige opwinding veroorzaakte. "Nou, die zit er in", constateerde mijn zwager B. nog wel. Mijn zus D. was net even naar de keuken gegaan om een espressootje te maken. "Het is 1-0", zeiden we toen ze weer terugkwam. "Ah", zei D., "mooi zo." En we staarden maar weer naar het tv- scherm, waarop de spelers van Oranje opgefokt heen en weer draafden, grossierend in balverlies en tot niets leidende aanvallen. "Hoe is het toch mogelijk dat voetbal zo populair is", vroeg B. zich af.
Maar natuurlijk hadden we het weer eens verkeerd gezien. "Het is positief dat we nu met zijn allen een mooie avond hebben beleefd", verklaarde Ruud van Nistelrooij na afloop. Dat was, als we het ons goed herinnerden, de speler die achttien keer de bal terug of opzij had getikt en één keertje richting doel had geschopt. En de bondscoach, die elke keer weer een nieuwe opstelling poogt te verzinnen en hard op weg is om meer (ex-)Ajacieden op te stellen dan er ooit bij Ajax zelf gespeeld hebben, had ook al genoten van leuk voetbal.
Ach ja. Als je iets maar hard en vaak genoeg roept dan wordt het vanzelf waar.
05 september 2007
Column DvhN (vertraagd): Galgenaas!
Het roepen van 'homo!' naar een politieagent mag niet. Althans, niet in Meppel en, zo vermoed ik, ook niet in de rest van Drenthe. Een agent voor homo uitmaken is namelijk beledigend, zo oordeelde politierechter J. M. M. van Woensel vrijdag. Als ik de rechter goed heb begrepen, is dat zo omdat de agenten het zelf beledigend vonden.
In De Bosch mag je wel 'homo!' roepen naar oom agent, bleek eerder vorige week. De rechter aldaar oordeelde dat de term homo op zich niet beledigend was. Maar, zo voegde de rechter er aan toe, als er 'vieze homo!' of 'vuile homo!' geroepen wordt dan mag de knoet erover.
Merkwaardig. Als ik 'hetero!' of 'vuile hetero!' zou roepen naar een agent, denk ik niet dat veel van onze geüniformeerde vrienden zich er druk om zouden maken (homo's uitgezonderd, wellicht). En wat nu als ik 'wafelijzer!', 'anakoloet!', 'vriendelijke vriend!' of 'onderwateradmiraal!' zou roepen? Je zult maar een agent treffen die het als beledigend ervaart, dan ben je met J. M. M. van Woensel dus in de aap gelogeerd (overdrachtelijk gesproken natuurlijk, edelachtbare).
Anders wordt het natuurlijk als we de wat sterkere varianten van het kapitein Haddock-repertoire in de strijd gaan werpen, zoals 'stuk ectoplasma!', 'Basji-bozoek!', 'schildvleugelig insect!', 'in egelvet gebraden kolokwint!', 'Patagonische zoeloe!', 'gepaneerde mestbol!' of 'galgenaas!'; maar dit terzijde.
Waar het om gaat, is natuurlijk dat agenten de aanroeping 'homo!' blijkbaar zó beledigend vinden dat ze je ervoor voor de rechter slepen. Ik zou zeggen: Gewoon lachen en 'homo!' terug roepen. Als het tuig zich dan beledigd voelt en agressief wordt, heb je als agent écht een reden om in te grijpen.
Maar ja. De grote kraakvis mag me kraken als het ooit zover komt. Verroeste kaapstanders!
In De Bosch mag je wel 'homo!' roepen naar oom agent, bleek eerder vorige week. De rechter aldaar oordeelde dat de term homo op zich niet beledigend was. Maar, zo voegde de rechter er aan toe, als er 'vieze homo!' of 'vuile homo!' geroepen wordt dan mag de knoet erover.
Merkwaardig. Als ik 'hetero!' of 'vuile hetero!' zou roepen naar een agent, denk ik niet dat veel van onze geüniformeerde vrienden zich er druk om zouden maken (homo's uitgezonderd, wellicht). En wat nu als ik 'wafelijzer!', 'anakoloet!', 'vriendelijke vriend!' of 'onderwateradmiraal!' zou roepen? Je zult maar een agent treffen die het als beledigend ervaart, dan ben je met J. M. M. van Woensel dus in de aap gelogeerd (overdrachtelijk gesproken natuurlijk, edelachtbare).
Anders wordt het natuurlijk als we de wat sterkere varianten van het kapitein Haddock-repertoire in de strijd gaan werpen, zoals 'stuk ectoplasma!', 'Basji-bozoek!', 'schildvleugelig insect!', 'in egelvet gebraden kolokwint!', 'Patagonische zoeloe!', 'gepaneerde mestbol!' of 'galgenaas!'; maar dit terzijde.
Waar het om gaat, is natuurlijk dat agenten de aanroeping 'homo!' blijkbaar zó beledigend vinden dat ze je ervoor voor de rechter slepen. Ik zou zeggen: Gewoon lachen en 'homo!' terug roepen. Als het tuig zich dan beledigd voelt en agressief wordt, heb je als agent écht een reden om in te grijpen.
Maar ja. De grote kraakvis mag me kraken als het ooit zover komt. Verroeste kaapstanders!
Abonneren op:
Posts (Atom)