Vroeger, toen ik nog columnist was bij de krant, mopperde ik regelmatig over brommers, scooters en andere gemotoriseerde ellende. Ik vond en vind namelijk dat alle motorisch aangedreven tweewielers verboden moeten worden voor normale mensen. Alleen voor wie zich om medische redenen niet op eigen kracht kan voortbewegen, mag een uitzondering gemaakt worden. Net zoals je een wapenvergunning nodig hebt voor een wapen, zou je een brommervergunning nodig moeten hebben voor een brommer.
Nadelen zijn er niet: brommer-, scooter- of motorrijden is immers niks anders dan ofwel luiheid ofwel een verwrongen, quasi-romantisch verlangen naar avontuur en kojbojtje spelen. In het premotorische tijdperk (wat een paradijslijke tijd moet dat geweest zijn) bevredigde men die verlangens op een paard en dat kan tegenwoordig ook nog prima. En anders zijn de racefiets, mountainbike of van die fijne nordic-walkingwandelstokken goede alternatieven. De voordelen zijn duidelijk: die luie, dichtgroeiende tieners krijgen weer eens wat lichaamsbeweging, geen rustverstoring meer door zondagse motorrijders die je lentegevoel naar de ratsmodee helpen, fietsers krijgen minder fijnstof, stank en herrie te verduren, het bespaart een boel fossiele brandstof en het voorkomt ongelukken.
Vanmiddag was het weer bijna zover. Een roedel dertigers van de vrouwelijke kunne op solexen (ja helaas, die heb je veel in het Vechtdal; er zit hier kennelijk ergens een verhuurbedrijf voor die krengen) versperde bij Emmen het fietspad. Het waren er een stuk of vijftien. Geen alfavrouwtje te bekennen, niemand een helm op het hoofd, luid kakelend in alle richtingen, een wolk van uitlaatgas die steeds blauwer werd, maar een beetje opletten op ander verkeer ho maar. Nadat ik 23 keer gebeld had, week de roedel licht uiteen en kon ik stapvoets passeren.
Maar een van de solexsters lette natuurlijk niet op dus die draaide vrolijk doorkleppend en hinnekend een half rondje toen ik langs kroop en boorde zich bijna zijlings in mijn fraaie nieuwe racefiets. Gelukkig ging het net goed, maar die lelijke huppelkut meende ook nog in een hysterisch gelach te moeten uitbarsten om haar mislukte flankaanval, in plaats van met tranen van spijt en berouw in haar ogen excuses aan te bieden. Tuig is het.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten