Morgen lever ik mijn Ridley Triton C in bij de fietsenmaker. Gisteren fietste ik er mijn laatste ritje op. Dat ging voor geen meter en daarom bij wijze van afscheid het eerste stukje dat ik ooit over deze racefiets schreef, in 2006, de column 'Schone wielrenners', die op 1 augustus van dat jaar in Dagblad van het Noorden stond:
"Terwijl Floyd Landis op magistrale wijze de Tour de France aan het winnen was, beklom ik samen met mijn vriendin M. in Italië de Passo Cento Croci. Het was mijn definitieve demasqué als klimmer. Terwijl M. fluitend de pedalen rond trapte, stierf ik duizend doden op de niet eens extreem zware berg (13 kilometer tegen 6 procent gemiddeld). Ongeveer tien minuten was mijn achterstand toen ik, half kotsend en doorweekt van het zweet, de top bereikte. Nog nooit ben ik na een sportieve inspanning zo kapot geweest.
M. en ik houden erg van fietsen. Na de Passo Cento Croci hebben we tijdens onze vakantie in Italië nog veel meer beklimmingen gedaan. Ik was zo verstandig om mijn verlies bij voorbaat te nemen en rustig in mijn eigen tempo omhoog te gaan. Daarbij ben ik tot de ontdekking gekomen dat een mens verrassend langzaam kan fietsen. Bij het slotklimmetje naar ons onderkomen in Tavarone (2 kilometer tegen ruim 10 procent gemiddeld) heb ik zelfs een gedenkwaardig dieptepunt van 5,7 km per uur weten te bereiken zonder van mijn fiets te vallen. M. reed ook daar rustig met 15 km per uur omhoog.
Later, toen we in Toscane in de schitterende Monti del Chianti aan het fietsen waren, begon me wat op te vallen: M. moest wel heel erg vaak niezen. Toen was alles plots duidelijk: doping. M. weigerde vervolgens ook haar plas in te leveren en ontkent nog altijd in alle toonaarden. Nou, dan weet je het wel. Bovendien weet M. ook dat je in de hedendaagse wielrennerij al schuldig bent zo gauw een gerucht de wereld in is geslingerd. Vraag maar aan Ullrich, Basso en Landis. Ik troost me ondertussen met de gedachte dat ik de laatste schone wielrenner op aarde ben."
(Even voor de duidelijkheid: een week voor deze vakantie in de zomer van 2006 kregen we onze Ridleys. Daarvoor fietste Marijn op mijn mountainbike. En met de kennis van nu valt het met dat demasqué dus wel mee. Zie deze post van vorig jaar mei. Of deze, van augustus. En, om misverstanden te voorkomen: dat van die doping is dus een grapje, he. We weten immers allemaal dat Landis brandschoon was.)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten