23 februari 2012

Frits Staal

Aan het sterven van zijn helden merkt een mens dat hij ouder wordt. Afgelopen zondag is Frits Staal overleden. Staal was een taalkundige, logicus en filosoof waar ik voor het eerst van hoorde, toen ik heel lang geleden in Leiden Sanskriet studeerde. Aangezien ik nergens een behoorlijke necrologie van Staal heb gelezen, hier wat persoonlijke notities.
Frits Staal was een rationalist pur sang. Hij is bekend geworden door zijn boeken over mystiek en rituelen. Vooral zijn theorie over het ontstaan van taal vanuit mantra's (betekenisloze, gestructureerde klanken, vergelijkbaar met vogelgezang) en de syntaxis van het ritueel heeft me altijd gefascineerd. Heel kort samengevat: voordat onze voorouders taal gingen gebruiken, zongen en prevelden ze mantra's. Toen ze op een zeker moment aan de mantra's betekenis gingen hechten ontstond taal. Staal ontdekte dat de syntaxis van talen grote overeenkomsten vertoont met de regels van het ritueel, dat een pretalig verschijnsel is en ook bij dieren voorkomt.
Staal kende als sanskritist als weinig anderen de rijke Indiase taalfilosofische traditie, die in de vijfde eeuw na Christus al verder was dan de westerse taalfilosofie ooit zou komen en die hem op het spoor van het ritueel zette (grappig voorbeeldje, dat ik terugvond in mijn aantekeningen: "dat wat gezegd wordt onzegbaar te zijn wordt door die onzegbaarheid zelf gezegd en is dus gezegd en zegbaar", aldus Bhartṛhari).
Staal bestudeerde in 1975 een uitvoering van het zeker 3000 jaar oude Agnicayana-ritueel, waarvan de rituele handelingen maar liefst twaalf dagen duurden (er zijn overigens theoretische, rituele constructies bekend uit de Vedische literatuur, die meer dan 1000 jaar duren...). Volgens Staal ontstond complex ritueel handelen, zoals het Agnicayana, toen de mens zich bewust werd dat de wereld om hem heen beïnvloedbaar was door handelend op te treden (de fase die Merlin Donald - een andere held, die gelukkig nog in leven is - de mimetische cultuur noemt en die begint met Homo erectus (2 miljoen jaar geleden) en die bij het verschijnen van de moderne mens (200.000 jaar geleden) wordt aangevuld met een volgende cultuurlaag, waarin taal de hoofdrol speelt).
Volgens Staal is het ritueel een in zichzelf besloten vorm van fysiek handelen, zonder extrensieke betekenis, zin of functie: in de handeling zelf ligt de betekenis. Het ritueel is volgens hem een uitbeelding van volmaakt handelen.
Naar aanleiding van zijn dood heb ik het ruim drie uur durende marathoninterview dat Max Pam in 1992 had met Staal nog eens beluisterd. Mooiste uitspraken (vrij geciteerd):
"Er is geen vooruitgang in de filosofie: filosofen draaien altijd rondjes om dezelfde vragen. Alle gebieden in de filosofie waarop echt vooruitgang is geboekt zijn wetenschap geworden."
"Ik ben meer geïnteresseerd in de achterliggende structuren en de geschiedenis dan in de actualiteit. Wie alleen het nieuws volgt, is als iemand die een biertje bestelt, de schuimkraag opdrinkt en als het schuim op is meteen een nieuwe bestelt."

Geen opmerkingen: