24 april 2011

Afzien

Dat was een merkwaardige ervaring vandaag, op de dijkjes langs de IJssel tussen Zwolle en Kampen. Opeens bedacht ik me dat ik eens een keer moest leren afzien. Dus voerde ik het tempo op en pijnigde mijn benen. Ik begon te zweten. Ik begon te hijgen. Ik reed vijf kilometer lang 37 per uur, voor de wind. Ik voelde iets in mijn benen. 'Zo meteen op de terugweg, met wind tegen, stort ik wel in', dacht ik.
Met een gemiddelde van net boven de dertig bereikte ik Kampen. Dat viel me eerlijk gezegd wat tegen. Maar eenmaal op de terugweg besloot ik dat het me nu een keer niet zou overkomen, die mentale dip. Ik schudde alle gedachtes van me af ('Waarom doe ik dit?', 'Waar heb dit nou voor nodig, wat is dit nou voor zin?') en hield de teller op minimaal 29 per uur, hoe hard de wind me ook in het gezicht blies. Ik schakelde een tandje bij en bleek zelfs nog harder te kunnen zonder van mijn fiets te vallen en te sterven!
Ik passeerde mensen die me raar aankeken. Ik keek naar de grond en ging in de beugels. Ja mensen, u leest het goed: in de beugels! 'Malen, niet opgeven, nu moet je door', dacht ik terwijl Zalk naderde, met de wind vol op de kop. Ik dacht niet een keer: 'Waarom?' Nee, ik trapte gewoon door en hijgde en zweette en meende zelfs een lichte pijn in mijn benen te voelen. Ik vloog Zwolle binnen met maar één gedachte: dat gemiddelde moet boven de dertig blijven! Het lukte. Thuis stond de teller op 38 kilometer gefietst, tegen een gemiddelde van 30,3 per uur. Merkwaardig genoeg had ik tegen de wind in net zo hard gereden als voor de wind. Hevig hijgend en zuchtend zeeg ik neer op de binnenplaats, waar mijn lieve vriendin M. een boekje zat te lezen. Ze kreeg de slappe lach. Toen ik mijn gemiddelde liet zien, moest ze nog harder lachen. Tsja.
Na tien minuten was ik alweer hersteld en zo fris als een hoentje. Geen pijn in de benen, geen vermoeidheid. 'Dat moet dus nog veel harder kunnen', luidde de conclusie. 'Als je de volgende keer nu eens iets zwaarder gaat rijden', opperde M. Klerenzooi. Denk je dat je eindelijk eens hebt afgezien en naar de kloten bent, blijkt het allemaal nog niks voor te stellen.

1 opmerking:

Inge zei

Dat valt ook niet mee met een vriendin als prof, maar ieder het zijne ;-)