Zeven jaar geleden liep ik voor het laatst de 4 Mijl van Groningen. Mijn tijd was 30 minuten en 49 seconden. Als u een goed geheugen heeft voor nutteloze feitjes herinnert u zich dat misschien nog. Ik schreef destijds namelijk voor deze krant een verhaal over mijn zoveelste mislukte aanval op de dertig-minutenbarrière. Daar stond onder meer in dat ik, net als in de jaren daarvoor, weer eens ongetraind aan de start was verschenen. En dat ik liep op twintig jaar oude loopschoenen, die veerden als een loden deur, maar wel met een heuse haas in een oranje broek die helaas een stuk sneller was dan ik.
Die haas is nu al zeven jaar mijn vriendin en loopt sinds enkele weken weer hard. Maar ook zij deed zondag niet mee. Zij loopt hard om in het voorjaar beter te kunnen fietsen. Ik zelf heb na die 13de oktober 2002 nooit meer hardloopschoenen gedragen. In de week na die 4 Mijl van 2002 bleek mijn knie namelijk behoorlijk naar de kloten, zoals wij wielrenners dat zeggen. Ik heb in de jaren erna nog wel een boek geschreven over een Groningse hardloper die op zondag 22 oktober 1916 een solomarathon liep (deels over dezelfde route als de 4 Mijl) en in zijn eentje net zoveel toeschouwers trok als de 17.500 lopers van zondag samen, maar dat is een ander verhaal. Ik fiets tegenwoordig en, beste 4 Mijl-lopers, dat is veel leuker en gezonder dan hardlopen.
Je komt verder, je gaat harder, je ziet meer en je gewrichten blijven langer heel (als je niet valt). Op de racefiets heb ik nooit last van mijn knie. Sterker nog: als ik een paar weken niet fiets dan begint die zeven jaar oude 4 Mijl-blessure weer op te spelen. Jammer alleen dat die haas van me ook op de racefiets veel te snel voor me is.
(Deze post stond dinsdag als column in 'Dagblad van het Noorden'. De wellicht wat merkwaardige foto is het uitzicht vanuit mijn hotelkamer in Tbilisi, waar ik afgelopen week verbleef: de reden dat deze post wat verlaat is gepubliceerd.)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten