De overgang was vrij groot: van mountainbiken in schildpaddenreservaat Shete Boca op Curaçao naar mountainbiken in paddenstoelenparadijs Mataram in het Salland. Goed, er waren overeenkomsten: de zon scheen, het licht was scherp en herfstig, zowel op Curaçao als in het Salland was er geen schildpad te zien en de paddenstoelen waren op beide locaties schaars.
Maar de verschillen waren groter: de rode gravelgrond zat vanmiddag alleen nog aan mijn schoenen en vulkanisch gesteente is er niet in De Horte of bij Huis Den Berg en Den Aalshorst. De singletracks in de tropische jungle van de Westpunt, met zijn doornenstruiken, cactussen en honingbosjes vol zoemende kolibries en krijsende parkieten hadden plaatsgemaakt voor modderige, eeuwenoude landwegen, omzoomd door statige beuken en eiken die bevolkt worden door mezen en merels.
Hier geen oceaan als horizon, maar grasland en verkleurende bossen, geen dreigend kijkende warawara's maar bange buizerds, geen stenige heuvels maar zanderige rivierduinen, geen springerige Antilliaanse jeugd als medefietsers maar knoestige, oude mannen - en het was dus 25 graden kouder.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten