24 oktober 2015

100 jaar geleden


Het is vandaag precies 100 jaar geleden dat Louwe Huizenga tussen Groningen en Vries een wereldrecord liep op de marathon. Met een tijd van 2 uur 32 minuten en 40 seconden was Huizenga op zondag 24 oktober 1915 maar liefst 4 minuten en 14 seconden sneller dan Kenneth McArthur tijdens de Olympische Spelen van 1912, in Stockholm.
In de Nieuwe Rotterdamsche Courant verscheen daags nadien een interview met de atleet, die onder meer opmerkte dat hij na zijn recordrace nog even een wandeling had gemaakt ‘naar Hoogkerk en terug over Peize naar de stad.’ ‘“En na dien?” “Met ’t meisje, want ’t was zondagavond...” Hij verklaarde “reusachtig best” in orde te zijn, voelde in geen zijner ledematen eenige pijn (...). Tegen het voorjaar gaat hij – ’t slagersmes erbij neerleggende – naar Amerika, om daar in de renbaan z’n fortuin te zoeken.’
Hoe dat afliep en waarom Huizenga’s tijd nooit in de recordboeken is gekomen – en nog veel meer – kunt u lezen in Hardloper Huizenga – Het verhaal van een vergeten wonderatleet, het prachtboek dat nog steeds te verkrijgen is voor het luttele bedrag van 10 euro (zie www.hardloperhuizenga.nl). De prijs gaat trouwens per 1 januari omhoog naar 12,50 euro in verband met de rijping der jaren, het pensioengat van de auteur en de gestegen portokosten (nog steeds een schijntje trouwens, want op bol.com wordt 34,50 euro gevraagd).
(Dit bericht mag gedeeld worden: de volledige opbrengst van de boekenverkoop tot 1 januari gaat naar International Rescue Committee, zie www.rescue.org.)

12 augustus 2015

Twijfel


Als ik degenen die zich niet geërgerd hebben goed begrijp dan was het mooie aan het optreden van Simone van Saarloos in Zomergasten dat ze ruimte schiep voor twijfel en niet-begrijpen. En dat zulks verfrissend was en zelfs bevrijdend werkte omdat het de kijker dwong tot nadenken. Dat is mooi en twijfel is ook zeker heel belangrijk. Over het mooie van niet-begrijpen heb ik zo mijn twijfels, maar dat komt wellicht omdat ik Van Saarloos heel vaak niet begreep. Wat daarom dan dus weer mooi had moeten zijn.
Enfin. Ik vond het dus niet mooi en dat kwam, realiseer ik me nu, vooral omdat Van Saarloos niet twijfelt aan haar eigen denken. Ik zal dat kort proberen uit te leggen, toegespitst op de discussie over Girlhood. Van Saarloos zette vraagtekens bij het feit dat deze film over een zwart meisje uit een achterstandsmilieu gemaakt was door een blanke vrouw uit de culturele elite. Ze verbood het niet, nee, ze brak de zaak open en wilde ons blijkbaar zo laten nadenken, twijfel oproepen. Wilfried de Jong zei dat een man die film toch ook had kunnen maken en Van Saarloos gaf hem gelijk, maar toch. Openheid, daar ging het om.
Dat haar eigen twijfel impliciet racistisch is, zei De Jong helaas niet. Want als Van Saarloos getwijfeld had aan haar eigen denken en gereflecteerd had op haar argumentatie, dan had ze als filosofe heel goed bij die conclusie uit kunnen komen. Ten grondslag aan haar ‘bevrijdende twijfel’ ligt in dit geval het onderscheid tussen blank en zwart; de verschillende achtergronden spelen ook mee maar zijn secundair. Blijkbaar is iemand met een zwarte huid volgens Van Saarloos dus heel anders dan iemand met een witte huid en moeten we ons afvragen of de ene de andere wel in fictie kan uitbeelden.
Maar laten we aannemen dat Van Saarloos geen raciste is en dat het haar eigenlijk toch om de verschillende achtergronden ging. Kan iemand geen fictioneel verhaal vertellen over iemand met een andere achtergrond, wordt dan de vraag. Of kan een man geen verhaal vertellen over een vrouw? Als je die denktrant consequent doorzet, kun je alle fictie in twijfel trekken want een verhalenverteller vertelt in een fictioneel verhaal altijd over anderen. Kortom: de twijfel van Van Saarloos is in dit geval niet bevrijdend of een pleidooi voor niet-begrijpen maar voornamelijk lariekoek die berust op een gebrek aan zelfreflectie.
Veel andere punten die ze al dan niet wilde maken (we moesten immers vooral ‘niet-begrijpen’ en een open houding ontwikkelen) berustten op vergelijkbaar overloos geleuter en gebrek aan twijfel aan haar eigen denken. Neem dat gemekker over die paarden. We zouden niet meer gewend zijn aan contact met dieren in onze afgeschermde wereld, beweerde Van Saarloos als ik haar goed begrepen heb. In dit geval had Van Saarloos niet door dat ze dieren vereenzelvigde met dieren die van oudsher dicht bij de mens staan (zelf ook een dier natuurlijk, maar daar hoorde je haar ook al niet over).
Onze leefwereld is vergeven van ‘wilde dieren’ als insecten, vogels, muizen, en ander ongedierte dat zich geen lor aantrekt van onze aan- of afwezigheid. Of zijn dat geen dieren volgens onze zomergaste? In dit geval vergat Van Saarloos zich te realiseren dat haar paardvisie in deze nogal romantisch is en stoelt op een valse, want niet-bestaande, tegenstelling tussen cultuur en natuur. Ze zou eigenlijk dat mooie boekje Vegetatieve filosofie van collega-filosoof Wouter Oudemans eens moeten lezen, zodat ze de volgende keer wel wat zinnigs kan melden en ook de bomen en planten erbij kan betrekken.
Kortom: ik heb me vooral mateloos zitten ergeren omdat ze niet nadacht over haar eigen denken, zichzelf voortdurend tegensprak en zelf ook niet leek te weten welk punt ze wilde maken. Dat heeft niks te maken met het belang van openheid of twijfel aan vastomlijnde denkbeelden (waar ik het zeer mee eens ben), maar is welbeschouwd pure domheid. Over haar gebrekkige uitleg van de denkbeelden van neurofilosoof Alvaro Noë zal ik het niet meer hebben, want mijn punt is wel duidelijk geloof ik. Als je een paar keer ‘Hannah Arendt’ zegt of allerhande zaken wil ‘exploreren’, wil dat nog niet zeggen dat je ook echt iets interessants te melden hebt.



12 juni 2015

Roadkill #38: Kraai

'Kraai, tussen Bunderneuland en Nieuwe Statenzijl', juni 2015, 40 x 30 cm (kraai en asfalt)

Roadkill #39: Snoek

Roadkill #39: 'Snoek, fietspad tussen Wolfsbarge en Nieuwe Compagnie', juni 2015, 60 x 40 cm (gras, beton, snoek, vliegen en penetrante visgeur)

12 april 2015

Roadkill #33: Wulp

'Wulp, zeedijk Pieterburenwad', maart 2015, 8 x 5 cm (wulpenvleugel en zonlicht) 

01 april 2015

Roadkill #32: Felis catus

'Felis catus non est felix (bij Winde)', maart 2015, 75 x 40 cm (zwarte kat, modder, wegkant en bandensporen) 

31 maart 2015

Roadkill #29: Sprinkhaan

'Groningse sprinkhaan', oktober 2014, 2,5 x 2,5 cm (sprinkhaan en steen) 

Teneinde de serie alhier compleet te maken, voeg ik vanaf nu elke dag een ontbrekende foto toe. Voor zo lang ik het volhou natuurlijk.

Roadkill #31: Bosmuis

'Bosmuis, bij Norg', februari 2015, 10 x 15 cm (bosmuis en fietspad)